Met een verzameling ansichtkaarten en een plan vertrekt kunstenaar Daniëlle van Ark naar Parijs voor een residentie. De gemaakte werken voelen echter niet af en belanden in een doos. In Kan niet bestaat niet #10 gaat Van Ark in gesprek met Maurits de Bruijn over zelfkritiek en authenticiteit; over merchandise en de tijdloosheid van sommige interesses.
Van Ark verzamelt spullen en indrukken: dozen vol ansichtkaarten, glasnegatieven die ze vindt op Franse rommelmarkten en foto’s van romantische cafés. De fonteinen, obelisken en stijltuinen die afgebeeld zijn op de ansichtkaarten dragen voor Van Ark een bevroren geschiedenis in zich: ze vertellen iets over sociale status en de dominante ideeën van toen, en tonen hoe er werd gedacht over natuur en cultuur. Parijs blijkt té veel inspiratie te bieden: talloze musea vol decoratieve kunst, kastelen, cafeetjes en prachtige stoffenwinkels. De ansichtkaarten belanden in een doos en ook ander werk dat Van Ark assembleert uit stoffen, gevonden objecten en Parijse indrukken ontmantelt ze weer. Bij het terugzien van de foto’s die ze maakte van de werken in wording vraagt Van Ark zich af: zijn het inderdaad schetsen die er enkel uitzien als definitief werk of waren ze misschien toch gewoon af?