In aflevering #9 van Kan niet bestaat niet vertelt kunstenaar Johannes Bellinkx dat in ieder werk dat hij maakt eigenlijk wel een soort onmogelijkheid moet zitten en dat succes voor hem veel meer in het proces dan het eindresultaat ligt. In zijn werk Reverse laat Bellinkx mensen 1,5 km achteruit door een stad lopen, een route langs gebouwen en metrostations met een soundscape die de grens tussen realiteit en fictie doet vervagen. Bellinkx benadert de stad als een complexe sculptuur vol lagen en weefsels – van materialen, maar ook van de ongeschreven gedragsregels die bij bepaalde publieke ruimtes horen. Door de deelnemers achteruit te laten lopen wordt hun waarneming scherper: de deelnemer heeft immers letterlijk geen doel voor ogen dus kan alles van betekenis zijn.
In gesprek met Lieneke Hulshof vertelt Bellinkx over zijn ultieme, ongerealiseerde droom voor Reverse: hij zou gebouwen en obstakels niet willen vermijden, zoals nu gebeurt, maar zou de route er dwars doorheen willen laten lopen. Zodanig dat je door een doorbroken muur of façade achteruit ergens naar binnen zou lopen en ziet hoe het leven gewoon doorgaat: een gezin aan het ontbijt, een kantoor vol mensen aan het werk. Op deze manier zou Bellinkx het stedelijk landschap uitdagen en de scheiding tussen publieke en privéruimtes blootleggen.